Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Van kleuter tot twaalfjarige: acht jaar lang wandelt uw kind onze school in en uit. Acht jaar lang leveren wij een product aan uw kind. Dat product heet: onderwijs. Natuurlijk bent u geïnteresseerd in het resultaat van onze dienstverlening. Tenslotte staat bij het onderwijs aan uw kind heel wat op het spel. We vinden het dan ook belangrijk aan u te laten weten hoe wij de kwaliteitscontrole van ons onderwijs hebben vormgegeven.
Kwaliteitscontrole kan slechts bestaan wanneer bekend is wat het gewenste eindresultaat moet zijn. Hierbij moet direct worden vastgesteld dat een onderwijsinstelling geen bedrijf is. Binnen het onderwijs wordt gewerkt met mensen. En geen mens is identiek aan een ander. Vandaar dat het eindresultaat van het onderwijs op onze basisschool per individu verschilt. Ook heeft de school zich algemene doelen gesteld, die zijn verwoord in het schoolplan (ter inzage op school en de website). Daarnaast beschikt de leerkracht over middelen om de leerlingen individueel te toetsen en/of te observeren. Bovendien geven de vakgerichte methodes de leerkracht een houvast bij de beoordeling van de vorderingen van de leerlingen.
De leerkracht kan op twee manieren bezig zijn met de controle op het onderwijsproces:
- Door gericht te observeren kan de leerkracht conclusies trekken over het gedrag en de leer- en ontwikkelingsvorderingen van het kind.
Deze vorm van kwaliteitscontrole vindt continue plaats. Op basis van ervaring en intuïtie kan de leerkracht wat in de groep gebeurt interpreteren. Belangrijke waarnemingen zal de onderwijsgevende noteren. Met name in de kleutergroepen wordt deze vorm van controle veel toegepast. In alle groepen is observeren een belangrijk middel bij de beoordeling van de prestaties van de leerlingen.
- Door gebruik te maken van toetsen is de leerkracht in staat te controleren hoe het kind zich ontwikkelt en in hoeverre het voldoet aan de leerdoelen.
Gedurende de acht jaar dat uw kind op onze school onderwijs krijgt, zal het vele testen en toetsen maken. Hierin kunnen we onderscheiden:
-Toetsen in de vakgerichte methodes: deze toetsen vinden geregeld plaats na de behandeling van een afgebakend stuk leerstof en geven de leerkracht inzicht of de leerling de behandelde leerstof beheerst.
-Landelijk genormeerde toetsen. Voorbeelden hiervan zijn de AVI- toetsen, de Cito-toetsen Taal voor kleuters en Rekenen voor Kleuters, Cito Drie Minutentoetsen (lezen), Cito-toetsen begrijpend lezen, Cito-spellingtoetsen, de Cito-toetsen rekenen/wiskunde en Route 8 (eindtoets gr.8).
- Snappet, waarbij de continue ontwikkeling in beeld is.
Opbrengstgericht werken
Wij werken op de Emmaüs opbrengstgericht. D.w.z. we werken planmatig aan het verbeteren van de vorderingen van de leerlingen.
Dit gebeurt door hoge doelen te stellen, gericht hieraan te werken en leerlingen systematisch te volgen in hun vorderingen. Door systematisch toetsgegevens te analyseren en te gebruiken verbeteren de resultaten. Het is niet eenvoudig om duurzame verbeteringen tot stand te brengen. Door het geven van goed onderwijs, d.w.z. effectieve instructie, de onderwijsdoelen, inhouden en didactiek af te stemmen op verschillen tussen leerlingen en door te reflecteren op het effect van de lessen, proberen de leerkrachten de opbrengsten te verbeteren.
De SWS Emmaüs heeft ook een Zorgplan.