Coöperatief leren is een onderwijsmethode die gebaseerd is op samenwerking.
Kenmerkend voor coöperatief leren is de noodzaak voor leerlingen om bij het uitvoeren van een leertaak met elkaar samen te werken. De leerlingen werken samen in kleine, heterogene groepen en volgens specifieke stappen. In deze coöperatieve leergroepen moeten zij met elkaar discussiëren over de leerstof, elkaar uitleg en informatie geven, elkaar overhoren en elkaars zwakke kanten aanvullen.
Elke leerling in het groepje levert een gelijk aandeel aan de activiteit. Er zijn dus geen toeschouwers of meelifters. Iedere leerling is verantwoordelijk voor een deel van de opdracht en is individueel aanspreekbaar. Bij Coöperatief leren zijn de leerlingen ook positief van elkaar afhankelijk. Dat betekent: ze hebben elkaar nodig om de opdracht goed uit te kunnen voeren. Omdat alle leerlingen actief betrokken zijn bij het proces, zijn zij na het proces allemaal in staat om het resultaat toe te lichten.
Coöperatief leren heeft veel voordelen. Leerlingen mogen doen wat ze graag doen: praten, bewegen en actief bezig zijn. Dit leidt tot een hogere betrokkenheid. En dat komt het leren ten goede. Daarnaast voelen ze zich onderdeel van een team en de klas. Coöperatieve leerstrategieën verbeteren de interactie tussen leerlingen en verhogen onderling begrip en empathie. Bij Coöperatief leren gaat het dus niet alleen om de leerstof. De kinderen ontwikkelen ook persoonlijke en sociale vaardigheden.
Binnen de Emmaüs merken wij dat leerlingen enthousiast worden van coöperatieve leerstrategieën, dat de sfeer merkbaar beter wordt binnen een groep en dat we zelf geprikkeld worden om onze lessen te verbeteren.